De ‘Groote Koogsche’, zoals de club nog steeds wel genoemd wordt, werd opgericht in 1910 en had al vrij snel succes. De hoogtijdagen lagen in de jaren vóór de Tweede Wereldoorlog. In 1934 werd KFC op een haar na kampioen van Nederland. In die tijd van oprechte amateurs hadden de helden van het eerste elftal nog beroepen als stoelenmatter, timmerman, broodbezorger en visser. Topscorer Jaap Mol was teerschilder van zijn vak.

De start van de competitie was slecht geweest, dus gooide de Schotse trainer Jimmy Marshall het roer om. Het team ging defensiever spelen en dat wierp meteen zijn vruchten af. In februari al werd KFC kampioen van de Eerste Klasse West. Een nacompetitie met vijf andere kampioenen moest uitmaken wie de landskampioen werd. Uiteindelijk zou alles bepaald worden op donderdagavond 26 juli 1934, in een wedstrijd tussen Ajax en KFC in het Olympische Stadion te Amsterdam. KFC moest winnen, Ajax had aan een gelijkspel genoeg. Lang niet alle Kogers konden naar het stadion, en dus stond er een menigte voor de radiowinkel om naar het wedstrijdverslag te luisteren.

Op een door de regen doorweekt veld stond KFC al snel met 0-2 voor. In de tweede helft scoorde Ajax de aansluitingstreffer, maar daar leek het bij te blijven. Totdat in de laatste minuut Bob ten Have (of Piet van Reenen, dat was in de kluwen van benen lastig te zien) de gelijkmaker binnenschoot. Ajax-supporters overspoelden het veld, maar werden door politie en suppoosten teruggeslagen. Een paar minuten later klonk het laatste fluitsignaal. De gelijkmaker was dus beslissend geweest. Vlak daarvoor was KFC-keeper Jan Veen nog ondersteboven gelopen, maar dat had de scheidsrechter niet gezien. In Koog aan de Zaan werd daar nog lang over gemopperd – maar Ajax was kampioen.

In 1955 koos KFC voor het betaald voetbal, maar al in 1964 deed het de licentie over aan FC Zaanstreek dat drie jaar later met Alkmaar ’54 fuseerde tot AZ ’67, het huidige AZ. Die club zou afwisselend in Alkmaar en in Koog spelen, maar daar kwam niets van terecht en AZ werd een Alkmaarse club. Sinds 2016 ligt het trainingscomplex wel weer in de Zaanstreek.